Dat blijkt uit cijfers van het CBS. De zogeheten spaarquote – welk gedeelte van het inkomen wordt gespaard, ligt nu dus op 25 procent. Een jaar eerder was dat een krappe 17 procent.
Het beschikbaar inkomen steeg vooral door een stijging van de lonen. De cao-lonen stegen in 2020 met gemiddeld 3 procent, de grootste stijging in twaalf jaar. Door de coronapandemie ging de wereld grotendeels op slot, wat ook aan het uitgavenpatroon van Nederlanders te merken was. Huishoudens gaven vooral minder uit aan verre vakanties en restaurant- of theaterbezoek. Wel werd meer besteed aan eten en genotmiddelen.
Vanwege de lagere uitgaven zijn veel Nederlandse huishoudens meer gaan sparen. In totaal werd er 77,1 miljard euro gespaard vorig jaar, 33,8 miljard euro meer dan eind 2019. De netto-inleg in de pensioenvoorzieningen nam met bijna 1,9 miljard euro af tot 25,3 miljard euro. Het totaalbedrag aan bespaard vermogen kwam daarmee uit op 102 miljard euro in 2020.