Het ministerie rekende de veranderingen in lonen, uitkeringen en pensioenen door die zijn toe te schrijven aan overheidsbeleid doorgerekend en is overal sprake van plussen. Zo gaat een werknemer met een minimumloon er 1,9 procent op vooruit. Voor iemand met een modaal inkomen is de plus 2 procent. Iemand die drie keer modaal verdient, gaat er 1 procent op vooruit. Dat het loonstrookje meevalt komt door een verlaging van het belastingtarief in de eerste schijf en een hogere arbeidskorting. De pensioenpremies gaan wel omhoog. Het positieve effect op het loonstrookje neemt af naarmate het loon hoger is.
Mensen in de bijstand gaan er 1,4 procent op vooruit, uitkeringsgerechtigden 1 tot 1,3 procent. Voor het AOW-pensioen, dat iedereen na de pensioengerechtigde leeftijd ontvangt, komt de plus uit op 1,4 procent. Alleen de aanvullende pensioenen stijgen niet.